Ze noemen zich – soms in de verte – christen, en geven al zoekende een eigen interpretatie en vorm aan het christendom. Buiten de gebaande paden, los van hokjes en dogma’s. Wie zijn ze en wat delen zij? Vandaag: een meditatieve kunstwandeling langs het Laatste Avondmaal.
Op de grond ligt een ultramarijnkleurige buitenboordmotor. Bert Staal snijdt hem voorzichtig los uit het bubbeltjesplastic en legt hem naast een blauwe open kast met vijftig ongebruikte voorwerpen, alsof de motor een vlot vluchtelingen voor zich uit duwt. Zoek een ongebruikt voorwerp in je kast, vroeg het architectenduo Staal en Matty Christensen uit Eindhoven aan vrienden. Geef ons 35 euro, dan maken wij er een kunstwerk van. Met de flocktechniek uit de auto-industrie spoot het duo, tevens partners, een zacht fluwelen laag (zoals de laag over de hoedenplank) over mixer, fondueset en broodbakmachine. Christensen zet nog een stoofpan recht en dan is de kast bijna ingericht. “Mooi. Ook met die lichtinval. Het materiële krijgt met die blauw hemelse gloed iets immaterieels”, zegt Staal tevreden. “Het doet me ook denken aan een laagje stof”, associeert curator Joep Vossebeld (32). “Ik denk aan alle musea en eetzalen die nu letterlijk staan te verstoffen.”
Hier, in het theehuis in het Odapark in Venray, opent op Stille Zaterdag de route van een meditatieve kunstwandeling langs twaalf hedendaagse interpretaties van het Laatste Avondmaal. Op het Odapark, van oorsprong een kloosterpark waar nonnen thee dronken terwijl de kinderen buiten speelden, huist een museum met beeldenpark, ook wel het Kröller-Müller Museum van Limburg genoemd. De tentoonstelling refereert aan die bekende maaltijd uit de Bijbel, waar Jezus voor het laatst voor zijn dood dineert met zijn twaalf discipelen, voorspelde dat hij verraden zou worden en het Heilig Avondmaal instelde met brood en wijn. Daarna werd hij verraden door Judas, gearresteerd en gekruisigd.
Deze week, zoals vandaag, bouwen de kunstenaars ter plekke hun werk op. De buitenroute leidt bezoekers vanaf het Odapark door het winkelcentrum naar het Venrays museum. Pandverhuurders en winkeliers stelden hun etalages spontaan beschikbaar. Initiatiefnemer Ben van Kollenburg kon om gezondheidsredenen geen gastcurator zijn. Vossebeld nam de organisatie van hem over en loopt een rondje langs de kunstenaars, met sleutels en tape.
“Van oudsher splitsen we religie en kunst, maar die twee kunnen elkaar juist meer bevragen, opjutten en bevruchten”, stelt Matthias Smalbrugge, hoogleraar Europese Cultuur en Christendom aan de Vrije Universiteit Amsterdam over wat kunst kan betekenen voor het christendom. “Een beeld van de god Zeus zien we niet als religieuze kunst, een kruis wel. Met religie bedoelen we het domein waarin het heilige wordt beleefd, maar ook onze zekerheden. Als religie en kunst bij elkaar komen, bedreig je je laatste zekerheid en dat willen we niet. Het christendom heeft weinig met kunst, zie het protestantisme met de Reformatie. Bij de rooms-katholieken werd het na de Franse Revolutie braaf en zoet. Zolang je religie en kunst splitst, maak je de ruimte voor kunst heel klein. De kerk probeerde kunst te uniformeren maar dat lukt niet, zie Het Laatste Avondmaal. De kerk zet daar een hek omheen, wie mag wel en niet aan tafel. Een kunstenaar die te weinig ruimte ervaart, gaat tegenduwen, ruimte creëren. Fotografe Renée Cox liet met haar bekende foto ‘Yo mama’s the Last Supper’, met zwarten en vrouwen aan tafel, dat hek springen. Kunst heeft vele functies, maar goede kunst schuurt, raakt je, je ontkomt er niet aan. Sloop je de lastige dingen eruit, dan houd je de verwijzende boodschap over, zoals vriendschap en verraad bij het evenement The Passion. Ik denk dat we ons dat over tien jaar niet meer herinneren.”
Joep Vossebeld, curator van de expositie Het Laatste Avondmaal, vindt ook dat kunst moet bevragen, maar dat hoeft niet provocerend. ,,In deze expositie zijn de werken eerder poëtisch. Ze openen subtiel deuren en laten je anders kijken naar iets alledaags, zoals een vriendenmaaltijd in een nog zorgeloze tijd of een ongebruikt keukenvoorwerp. Het is makkelijk te provoceren, via social media is tegenwoordig alles al in your face. Kunst gaat over alternatieven bieden en dat is nu misschien juist in het zoeken naar nuance. Goede kunst is kunst die relevant blijft doordat er steeds een ander verhaal aan blijft plakken. Het christendom biedt met verhalen eenzelfde mogelijkheid voor variatie, drama en theater. Ik merk het aan de kunstenaars met een gelovige achtergrond. Ook al gaan ze niet meer naar de kerk, ze zeggen dat je nooit meer niet kunt geloven. Het blijft inspireren.”
De tentoonstelling is door corona een jaar uitgesteld, toen nog niet wetende wat voor lading de laatste maaltijd zou krijgen, vertelt Vossebeld als hij voor het metershoge avondmaal van Linda Verkaaik staat, in de zandverstuiving van het park. De discipelen discussiëren in massief staal druk met elkaar, terwijl Jezus in gaas op de achtergrond al in de natuur lijkt op te gaan, alsof hij er al niet meer bij was, voorvoelde wat zou komen. Vossebeld: “Rond deze tijd vorig jaar hielden we onze laatste maaltijd met veel vrienden. De een vermoedde al wel, de ander niet dat dit de laatste zou worden, net als toen. Na mijn laatste maal kreeg mijn hele familie corona, tot en met de ic aan toe.”
In de Schoolstraat exposeert oud-huisarts, publicist en kunstenaar Ignace Schretlen zijn tweeluik, foto’s van de kom, het laatste ontbijt van zijn dochter Vivienne voor zij het ouderlijk huis verliet. Vossebeld hangt het werk op in de etalage. Schretlen is wegens ziekte thuis maar vertelt vanuit huis over ‘die zaterdag 25 januari 2020 om 9.06 uur dat ze vertrok met haar spulletjes’. “Daarmee kwam een einde aan een lange episode, van haar leven thuis en van ons leven met de kinderen thuis. Ik begrijp nog steeds niet dat het me zo verdrietig maakte, omdat zij in feite heel gelukkig was, ze ging samenwonen.” Van alle boodschappen van het Laatste Avondmaal voor Schretlen raakt hem vooral die van de wetenschap van Jezus dat hij komt te overlijden. “Dat raakt bij mij aan alle momenten van vertrek. Ooit komt voor iedereen dat moment, ook voor mij.”
Iets verderop, in het Schoutenstraatje, stoeit kunstenares Meg Mercx uit Nijmegen met de inrichting. Ze bouwt een ‘kapel’ van hout en plastic voor haar ruimte vullende linosnede van een gekruisigde vrouw. Op de tepels en navel knipperen lampjes. Mercx is uiteindelijk tevreden en verplaatst tot slot de winkelverhuurposter die het uitzicht verstoort. Haar werk ontstond uit ‘de verbazing’ dat een man aan het kruis hangt, centraal staat in het paasverhaal. “Wat hebben die nou te lijden? De vrouw lijdt altijd, of ze nu wel of niet besluit te baren. Zij moet zich continu verantwoorden, wordt beoordeeld, veroordeeld. De vrouwen wenen bij het graf, in die troostende rol. Het geloof gaat over leven, dus moet de vrouw die leven geeft centraal staan.”
Een voorbijganger trekt haar wenkbrauwen op bij het zien van het werk. Mercx erkent dat het even schakelen was dat er nu nietsvermoedend winkelpubliek langsloopt in plaats van museumpubliek. “Ik wil absoluut niet choqueren, vandaar geen lampje op haar kruis, dan zou het seksualiseren. Ik wil alleen de vraag stellen.”
Om lichtschittering te voorkomen, trekt de katholieke kunstenares Maria Kapteijns uit Eindhoven, aan het Kapelaanspad, met nijptang de achterzijde van haar ets los, om de glasplaat te verwijderen. Aan haar Laatste Avondmaal zijn twaalf judassen aangeschoven zoals afgebeeld in 550 jaar kunst, van Leonardo da Vinci tot ‘Byzantijns anoniem’. “De figuur Judas fascineert me. Hij wordt vaak hebberig, met geldbuidel, buiten de groep neergezet. Hij is het meest aan vooroordelen onderhevig, maar is eigenlijk een hoofdpersoon. Stel je voor dat hij zich bedacht had. Dan was er misschien geen paasverhaal geweest. Je hebt de slechterik ook nodig.” Het geloof inspireert haar in verhalen en beelden, maar ‘kunst is de cultuur waar ik thuishoor’. “Het katholieke heeft veel nadelen, maar ik heb altijd de ruimte gevoeld te ontdekken.” Ze zet de ets in een kijkdoos voor het raam.
Vossebeld kijkt om zich heen. Nog een paar dagen voor de inrichting, onder meer van een video van Greta Alfaro over gieren die een gedekte feesttafel leegroven, een dis met louter sterke vrouwen van Birgitta Sundström Jansdotter en een liggende Christus in vogelvoer van Wout Herfkens en Rinke Nijburg (De Vrienden Van Job). “Het vogelvoer verwijst naar de hostie in het avondmaal. De verspreiding van het geloof moet vanwege de secularisatie misschien meer aan de vogels en hun poep worden overgelaten, is het idee.” Hij glimlacht terwijl hij de deur achter zich dichttrekt. “Heerlijk weer iets op te bouwen, dit heb ik zo gemist.”
In deze verhalenserie gaat journalist en religiewetenschapper Pauline Weseman op zoek naar uitingen van een nieuw christendom buiten de gebaande paden. Parallel aan deze serie verschijnen in magazine Volzin interviews met voortrekkers van deze beweging.