De Dikke Toren beklimmen wordt steeds meer een beleving (en het traplopen went)
Ruim 14.000 bezoekers stiefelden in 2022 de trappen op van de Dikke Toren in Zierikzee. Veel mensen hijgend en puffend, sommigen vlotjes en soepel. Maar beklimming van de 62 meter hoge kolos loont. Sinds vandaag kom je halverwege je klim de visskeletten tegen van kunstenaarsduo Rob Verwer en Meg Mercx. Het tweetal sjouwde daarvoor zeker een keer of vijftig de trappen op en af.
Verwer en Mercx bedachten vorig jaar zelf hoe leuk het zou zijn om het kunstwerk ‘Blowin’ in the Wind’ op de twee verdiepingen van de Dikke Toren te exposeren. ,,Maar we waren vergeten hoe hoog die was”, vertelt Mercx.
Van hijgend naar fluitend. Het traplopen went
De visskeletten, die eerder al veel bekijks trokken in Ellemeet (tijdens de Kunstschouw) en daarna in Renesse, moesten afgelopen week uit elkaar gehaald en stukje bij beetje naar boven gesjouwd. Tot wanhoop van Mercx, die dacht dat nooit te redden.
,,Maar het bijzondere is: het ging steeds beter. Die conditie bouw je best snel op.” Verwer: ,,Gisteren gingen we fluitend naar boven.”
De drukte op dit moment is veelbelovend
Violist Arjan Kik en cellist Martijn Kooiman zorgen bij de aftrap voor sfeer (en mooie muziek) op de begane grond © Sandra Schimmelpennink
Het is zaterdag druk bij de opening van het nieuwe Dikke Torenseizoen. De één na de ander steekt z’n kop nieuwsgierig om het hoekje. ,,Als de drukte van nu een voorbode is van wat het allemaal gaat worden, dan kunnen we wat verwachten”, blikt voorzitter Frank van Asten van Centree vooruit op het nieuwe seizoen.
De cijfers van vorig jaar zijn verrassend hoog. Pas 4 juni ging de deur van de Zierikzeese Dikke Toren die zomer open. Eerst was er corona en toen moest er een nieuwe exploitant worden gezocht. Centree sprong, na wat wikken en wegen, in het diepe.
,,We hebben er echt wel even goed over nagedacht. Willen we dit doen maar vooral kunnen we dit doen? Centree is goed in organiseren, zoals bijvoorbeeld het zomerfestival. Maar dit is exploiteren, dat is toch iets anders. We zijn eigenlijk zomaar begonnen.”
We willen van de toren een belevenis maken. Het moet een uitje zijn Frank van Asten, Voorzitter Centree
Ondenkbaar dat dat voor Zierikzee zo karakteristieke monument stil en doods in de stad staat te staan. ,,De Dikke Toren is een middelpunt, een baken. Het moet een vertrekpunt worden voor allerlei dingen.” Dat gaat deze zomer al gebeuren.
Willemijn Roks maakt een spel over Zierikzee waarvoor je de toren op moet, Henk Dalebout gidst mensen langs oude kloosterplekken in de stad en doet daarbij ook de toren aan. Er komt een combikaart met het Stadhuismuseum en er zijn kruisbestuivingen met onder meer een hotel en het Pieter Zeeman Lyceum.
De beklimming van de toren moet een uitje zijn
En dan heb je nog het eigen Centree zomerfestival op 2 september aan de voet van de Dikke Toren. ,,Er wordt steeds meer met anderen samengewerkt. We willen van de toren een belevenis maken. Het moet een uitje zijn.”
Wist tot een paar jaar terug half Zierikzee niet eens dat de Dikke Toren verdiepingen had, Centree gooide de deuren van die verborgen ruimtes in 2015 voor het eerst open. Sindsdien is het een plek waar elk jaar een andere kunstenaar exposeert.
De toren ging met het werk aan de haal
‘Blowin’ in the Wind’ dat Verwer en Mercx oorspronkelijk maakten voor Schokland, en dat ook in Renesse en Ellemeet buiten stond, heeft het weidse landschap ingeruild voor hoogte. Daar kun je niet om de werken heen lopen en ook geen latjes beschrijven, zoals eerder wel het geval was. ,,De toren ging met ons werk aan de haal.”
De twee pasten hun ontwerp aan de totaal andere omgeving aan, maar de boodschap is net zo urgent. ,,Zijn dit relicten van een verdwenen beschaving of is dit onze toekomst?”, zet Mercx uiteen. Zonder mensen de les te lezen. ,,Dat willen we zeker niet. Maar sta gewoon eens bij de vis op je borden stil.”
De Dikke Toren is vanaf nu weer zes dagen in de week geopend. Zie: centree.nl.
Wethouder Jacqueline van Burg (helemaal links) en secretaris Miriam van ‘t Veer van Centree (midden) op de eerste verdieping © Sandra Schimmelpennink